Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Doch over het huis Davids, en over de inwoners van Jeruzalem, zal Ik uitstorten [37]den Geest der genade en der gebeden; en [38]zij zullen Mij aanschouwen, [39]Dien zij doorstoken hebben, en [40]zij zullen over Hem rouwklagen, als [met] de rouwklage [41]over een enigen zoon; en [42]zij zullen over Hem bitterlijk kermen, gelijk men bitterlijk kermt over een eerstgeborene. 37. Dat is, den Heilige Geest, die den uitverkorenen betuigt dat God hun wil genadig zijn; en Hij verwekt hen ten gebede en smekingen, alzo dat zij God om genade en vergeving hunner zonden bidden. Verg. Hand.2:37. 38. Eendeeld met lichamelijke ogen ten tijde van zijn lijden. Zie Joh.19:37; anderdeels door het geloof, ten aanzien van de boetvaardigen en gelovigen, Hand.2;37, en met schrik ten aanzien van de ongelovigen ten jongste dage; Openb.1:7. 39. Dit doorsteken der zijde van Christus wordt hier gesteld voor de gehele kruiseging. Zie Joh.19:34,37. En ofschoon maar een soldaat dit gedaan heeft, zo wordt het nochtans de ganse Joodse natie toegeschreven, als die Pilatus gedrongen hebben Christus te doden. 40. Dat is, zij zullen hartelijk bedroefd zijn over hun schrikkelijke zonden. 41. Te weten, die gestorven is; zie Jer.6:26, en Amos 8:10. 42. Hebr. zullen bitter maken.